7 november: Apache Trail

8 november 2014 - Globe, Arizona, Verenigde Staten

Eindelijk gaan we Phoenix uit, de stad die verspilling en koopzucht tot levensstijl heeft verheven. Als we bij Apache Junction - ook al zo'n zielloze plaats met allemaal omheinde compounds voor overwinteraars, oftewel 'snow birds' - de Apache Trail oprijden, ligt ineens de stad achter ons en de bergen voor ons. Alleen vinden we na een paar kilometer links nog een plastic mini-pretpark, Goldfield Mining Town. Brrr, gauw doorrijden. Daarna is het land van de woestijn. En die is groen, heel groen. Phoenix heeft een paar weken geleden het ergste noodweer sinds 30 jaar gehad, het kwam met bakken uit de lucht en de woestijnplanten schieten alle kanten op.  
image
De Apache Trail is een officiele "scenic byway", en dat belooft in de VS altijd veel goeds. De eerste keer dat we zo'n route volgden was de Highway 12 van Moab naar Zion, ik keek mijn ogen uit. De Apache Trail is een oude Apache route, die eind 19e eeuw werd uitgebouwd tot transport- en koetsroute, toen het eerste stuwmeer in de Salt River werd gebouwd: de Rooseveltdam, destijds helemaal uit stenen opgetrokken. Inmiddels liggen er vier dammen in deze rivier, en dat is de reden waarom Phoenix heeft kunnen groeien tot zo'n lelijke, eindeloze stad in de woestijn (ten koste van water dat de lokale indianen nodig hadden voor hun akkers).
Maar genoeg gezeurd, na het noodweer is water hier even geen bottleneck meer.

De Apache Trail volgt de Salt River langs de diepblauwe meren in de woestijn. Bij 1 daarvan, Canyon Lake, parkeren wij onze auto om de La Barge Trail te gaan lopen. Het eerste deel volg je de Boulder Canyon Trail, een duidelijk en goed onderhouden pad. Met de marathontraining nog in de benen rennen we tot onze verbazing rap een flinke heuvel op. Daarna veel traverseren en af en toe de route checken met die fantastische app van Hike Arizona. En toch missen we de afslag naar La Barge. We begrijpen er niets van, volgen de Boulder Canyon Trail tot het einde, eten en drinken daar wat - het is inmiddels bloedheet en we verbranden snel - en lopen dan met de app in de aanslag terug.

Canyon Lake vanaf pad

Zelfs als we tot op de meter precies bij de afslag staan zien we helemaal niets wat op een begaanbaar paadje lijkt. Alles is dichtgegroeid met stekelige en plakkerige bosjes. Ik had de tip gelezen om hier nooit zonder kam de wildernis in te gaan; het is de snelste manier om honderden kleine doorns uit je kleren en huid te halen. Maar de kam ligt nog in de auto en ik had hier sowieso geen zin in.

Al hebben we de La Barge Canyon gemist, het blijft een prachtige hike. Tot en met de heuvel kwamen we nog aardig wat fitte pensionado's tegen, daarna hadden we de vallei voor onszelf. De hitte is bijna tastbaar, krekels tjirpen, verder alles stil. Op de terugweg zit er naast het pad een enorme landschildpad. Waar komt die ineens Boulder Canyon padBoulder padLandschildpadvandaan? We begrijpen er niets van. De schildpad zelf knippert met zijn/haar ogen en lijkt het ook niet te snappen. Uit de lucht gevallen?

Terug bij de auto vervolgen we de Apache Trail die na de tussenstop Tortilla Flats - tamelijk toeristIsch, maar tenminste oprecht uit de tijd van het Wilde Westen en met erg lekker ijs van 'Prickly Pear' - snel onverhard wordt, maar verder prima begaanbaar. Ons beest van een auto blijkt geen 4WD te hebben - dat vind ik eigenlijk mishandeling van zo'n bak, en het zou verboden moeten worden - maar voelt zich hier helemaal thuis. Een prachtig uitzichtpunt kijkt over de Salt River die beneden ons in de canyon en aan de andere kant zien we de Apache Trail steil omlaag gaan naar de Fish River Canyon.
Bij de Fish River Canyon kun je ook wandelen, maar het zit er niet in: zo kort na de marathon is ons lijf nog steeds aan het herstellen.

De Rooseveltdam is inmiddels vervangen door een betonnen exemplaar, hoger en efficienter, maar veel lelijker dan de oorspronkelijke variant, die overigens 41 mensenlevens gekost heeft. Niet alle gelukszoekers waren destijds geluksvinders.

Iets verder stoppen we bij Tonto National Monument, een goed bewaard klifdorp van een oude indianencultuur. Helaas is het park net gesloten als wij komen en de rondleiding van morgen is al volgeboekt. We komen nog langs meer ruines deze reis, dus gaan er niet van wakker liggen.

Uiteindelijk rijden we het mijnstadje Globe binnen, vernoemd naar een stuk zilver in de vorm van een globe (dat zal een bol geweest zijn, lijkt me). Een echt wild-west stadje dus, dat pas sinds kort ontdekt lijkt te hebben dat daar markt voor is. Overal staan half vergane gebouwen te vechten tegen de tijd. Heel onamerikaans: normaal koestert men hier alle historie en worden oude gebouwen - of het nu Art Deco wolkenkrabbers in New York zijn of schattige Duitse gevels in Fredericksburg - liefdevol onderhouden.

De Bed & Breakfast waar we slapen - de Chrysocolla Inn - is een oude kostschool die op het nippertje gered is door moedige dames die blijkbaar niet schrikken van een enorm klusproject. En het is prachtig geworden. Ook een paar kerken, een oude gevangenis, een saloon en zo nog wat gebouwen zijn op tijd gered. Maar teveel staat hier van ellende in elkaar te zakken om recht te doen aan het bordje "historic down town". Dan kunnen ze beter een voorbeeld nemen aan Silver City, ook een oude mijnstad, ook een plek waar nooit een toerist komt, maar daar is het hele centrum prachtig gerenoveerd. Maar goed, wie weet wat hier nog mogelijk is.

Voor het overige worden we helemaal gelukkig van Globe. Dit is het platteland van de VS waar we van houden. Hartelijke, beleefde en hardwerkende mensen die er graag op uit trekken in de bergen om de stad heen. Een eindeloze hoeveelheid eenvoudige Mexicaanse eethuisjes die allemaal fantastisch eten serveren (Globe blijkt er beroemd om te zijn). Alles te belopen (na 2 km ben je het stadje wel weer uit). Iedereen kent elkaar. En nee, hier zijn de mensen vaak introvert, soms verlegen, soms volstrekt humorloos serieus. Een verschil van dag en nacht met het stereotype van de luidruchtige Amerikaan die binnen 3 seconden "your best friend" is. Zo varen we niet in "The Countryside"

Foto’s